Mc Mindfulness
Beste hoogleraar Ronald Purser
Eindelijk vind ik de tijd u van harte te feliciteren met het boek dat u deze zomer publiceerde, ‘Mc Mindfulness. How mindfulness became the new capitalist spirituality.’ Een kritisch boek over mindfulness, zo heb ik het graag. Niet het zoveelste boek in de rij dat ons leert hoe mindful de kat te aaien, of hoe als dummie – what’s in a name? – mindful te worden, of hoe – by all means – af te vallen na enkele minuten mediteren? Ik geef het grif toe, zulke boeken vullen iets te gretig mijn boekenkast. Al lees ik er zelden nog iets nieuws in. Uw boek daarentegen bejubelt niet alleen de weldaden van mindfulness als evidence based methode. Het slaat in z’n lijvigheid ook kritische nagels op de kop.
En zoals het een goed boek betaamt, zet het mij aan het denken. Zelfs wat aan het twijfelen. Ik hoop dan ook dat u mij van enig dubio kan verlossen.
Zo lees ik bij wijze van mantra doorheen uw boek dat mindfulness als big business model verworden is tot een radertje binnen ons neoliberalisme systeem. Of om in diezelfde zin ook professor Paul Verhaeghe te parafraseren: ‘Geef onze (hoogopgeleide) loonslaven wat mindfulness en ze kunnen er weer een stukje harder tegenaan, de volgende burn-out tegemoet.’ Als trainer van menig Mindful@Work sessies zie ik werkelijk het omgekeerde gebeuren. Van pharmacie tot IT, van winkelketen tot poetsdienst, van ambtenarij tot bouwsector, van onderwijs tot zorg, … . Binnen alle geledingen van deze branches zet ik mindfulness neer. In die zin mag u inderdaad spreken van big booming business. Alleen merk ik dat leren mediteren net niet leidt tot gedweeë volgelingen van een organisatie. Eerder tot werknemers, leidinggevenden en CEO’s die meer bewust keuzes maken, grenzen stellen, zorg opnemen, positief zijn, authentiek in communicatie staan, … . Maar misschien speelt hier mijn ego teveel en zie ik bij mijn deelnemers overmatig wat ik zou willen zien als trainer?
Waar u mijn beleving met mindfulness niet aan het wankelen brengt, is door het te benoemen als ‘overal toegankelijk’. Daar ben ik het volmondig mee eens. De grootste uitdaging voor mij als trainer is immers niet alleen om mijn deelnemers dagelijks 15 minuten aan het mediteren te krijgen. Daarenboven, om hen vooral zo in een leerproces te brengen dat ze gaandeweg in elk moment van ‘het leven zoals het is’ een kans zien om mindfulness toe te passen. Zelfs tijdens een Happy Meal in Mc Donald’s, om het met een boutade van u te zeggen.
In uw beschouwing dat mindfulness ‘snel en uniform’ zou zijn, is mijn weifeling dan weer wel groot. Per slot van rekening, in de meer dan 1300 klinische studies naar mindfulness en meditatie wordt aangetoond dat acht weken lang elke dag mediteren leidt tot meetbare veranderingen in de structuur en de werking van ons brein. Meer bepaald in de prefrontale cortex, cingulaire cortex, amygdala, insula en hippocampus. Het zou me sterk verwonderen dat deze vorm van neuroplasticiteit snel en uniform zou optreden. Alsof iedereen op dezelfde manier piano leert spelen, of traint om 10 km te lopen, of een andere taal aanleert? Zaken waarmee ik het proces van mindfulness als mentale aandachtstraining graag vergelijk. Maar misschien is dat een onterechte gelijkenis?
Even alert lees ik uw bezwaar dat mindfulness zich beperkt tot ‘me, myself and I-meditatie’. En dat daardoor de wereldwijde mindfulnessadepten een soort - van wat u noemt - ‘sociale amnesie’ zouden bewerkstellingen: iedereen op de mat en kop in het zand voor eender welke (wereld)problematiek. Het pleit voor u als boeddhistisch leraar dat u uw leerlingen niet alleen achtvoudig leert kijken naar hun innerlijke wereld maar ook naar die daarbuiten. Het zal u misschien verbazen dat ook in een basistraining mindfulness van meet af aan die interactie tussen inner – and outerworld helder wordt beoefend. Althans toch in mijn trainingen. Bovendien haal ik hiervoor de mosterd bij een van uw boeddhistische collega’s Roshi Bernie Glassman, stichter en bezieler van de Zen Peacemakers. Zijn Sociaal Geëngageerd Boeddhisme draag ik graag uit, opdat ik zo mijn deelnemers kan bewegen van individuele naar sociale mindful ondernemers. Maar misschien is dit een ideale-wereld-brug te ver?
In de hoop dat u mijn terughoudende gedachten begrijpt, laat ik mijn overdenkingen na het lezen van uw boek voorlopig komen en gaan. Zonder ze halsstarrig vast te houden of er mij in te verliezen. Verder kijk ik uit naar uw antwoord op dit schrijven. Misschien raadt u mij aan om alsnog eerst dat boek voor dummies te lezen om daarna een tweede blik te werpen op uw turf. Ik sta open voor alles.
Dank alvast en warme groet,
Mieke