Keuzevrijheid
In mijn mindfulnesstrainingen valt regelmatig het woord keuzevrijheid. Het is immers een van de vruchten van inzichtsmeditatie die mindfulness is: hoe meer bewust we ieder moment beleven, des te meer bewust we leren kiezen hoe we met dat moment omgaan. Die grotere rijkdom aan keuzemogelijkheden genereert vrijheid, in die zin dat we in onbewuste modus vaak gevangene zijn van onze - veelal energievretende - conditioneringen en automatische impulsen. Toen ik deze zomer het vernietigingskamp Auschwitz II - Birkenau bezocht, werd me de spiegel voorgehouden dat het mensen in bepaalde omstandigheden toch onwaarschijnlijk moeilijk wordt gemaakt om zélf te kiezen hoe ze omgaan met wat er op hun pad komt.
21 juli 2016, de zon verspreidt haar troostende warmte over Birkenau. Het kamp ligt in een onschuldig bosrijk landschap. Zo idyllisch dat het bijna irreëel is hoe gruwelijk de mensheid op deze mooie plek te keer ging. Ik loop samen met mijn gezin bijna alleen op dit al even onbevattelijk grote terrein waar de overblijfselen van het vernietigingskamp ons confronterend in de ogen priemen. In dit door 'toeristen' druk bezochte kamp is het uitzonderlijk en onwezenlijk stil. Serene stilte voor de storm van de wereldjongerendagen tijdens dewelke 2.5 miljoen gelovige jongeren zullen neerstrijken in deze omgeving. Een gigantische mensenmassa die wij met ons denkvermogen moeilijk kunnen overschouwen. Net zozeer we het onvermogen hebben om de mensenmenigte te kunnen inschatten die werd gedeporteerd naar Auschwitz: 1.3 miljoen mensen van vlees en bloed. 1.1 miljoen mensen overleefden het niet. Niet omdat ze niet sterk genoeg waren, of omdat ze niet slim genoeg waren, of omdat ze hun kansen niet genoeg uitspeelden, of omdat ze niet de juiste keuzes hadden gemaakt, ... . Wel omdat je nu eenmaal een onnoemelijk gelukslotje uit het miljoen nodig had om dit te overleven. Zo onrechtvaardig veel meer mensen dan de meerderheid hadden gewoon geen schijn van kans en werden van de trein rechtstreeks naar de 'sauna' gebracht om ontnomen te worden van alle hebben en goed en menselijke waardigheid, om kaalgeschoren en gedesinfecteerd daarna vergast te worden. Om de krankzinnige reden dat ze niet tot het 'uitverkoren' ras behoorden, of niet in de 'aanvaarde' mentale toestand verkeerden of niet de 'juiste' fysieke gezondheid hadden, of niet de 'normale' geaardheid, ... of gewoon omdat het lot hen domweg op het verkeerde moment, op de verkeerde plaats had gedropt.
En terwijl ik over de serene vlakte van Birkenau wandel, denk ik aan de weinigen - van de hele mensenzee die hier aanspoelde - die deze gruwel wél overleefden. Zo ook Viktor Frankl. Een Oostenrijks neuroloog en psychiater die ondanks zijn driejarig verblijf in Auschwitz tot de verrassend optimistische opinie kwam dat de mens in alle levensomstandigheden - hoe schrijnend en door macht van het kwaad omgevend ook - de betekenis van het leven kan vinden en daarmee ook een reden/een streven om verder te leven. Het wordt de basis van zijn psychotherapeutische methode die hij, net als zijn ervaringen als gevangene, neerschrijft in 'De zin van het bestaan', onder andere met de bekende woorden: "Between stimulus and response there is a space. In that space is our power to choose our response. In our response lies our growth and our freedom." Geen enkele van zijn dierbaren zal de kampen overleven. Moedig en bijna niet te begrijpen hoe hij - desondanks - tot deze inzichten kwam.
Diezelfde hoopvolle boodschap brengt onze stadsgids ons de dag nadien ook bij een bezoek aan de Joodse wijk in Krakau. Om dit te illustreren, citeert hij de Poolse dichteres Wislawa Szymborska: "Nothing's a gift, everything is borrowed. ... I can't remember where, when and why I consented to open this account. The protest against this account is what we call the soul. And it is the only thing not on the list." Er kan een mens veel worden ontnomen, maar niet de ziel. Niet de innerlijke keuzevrijheid. Niet het zoeken naar de zin van het zijn (is dat niet onze hele levensqueeste?) en om in dat zoeken op eender welk moment de keuze te kunnen maken om - bij wat er ons ook overkomt - te kiezen hoe we dit (willen) be-leven.
Ik geloof ze graag en stellig : Viktor Frankl, onze stadsgids, mijn favoriete dichteres. En toch behoud ik graag en nederig de kanttekening dat het sommigen onder ons ellendig zwaar wordt gemaakt om te oefenen in die keuzevrijheid. Bijvoorbeeld de mensen die nu in actuele oorlogsellende leven, denk maar aan een stad zoals Aleppo. Of mensen die heftig gebukt gaan onder psychisch en/of fysisch lijden. Of kwetsbare mensen in het algemeen die in de marge van de maatschappij leven. Zoals bijvoorbeeld Jordy Brouillard, de 19-jarige jongen die deze week in eenzaamheid overleed in zijn tentje in de Gentse Blaarmeersen. Soms heb je in het leven ook gewoon chance nodig. De chance dat je goed en gezond terechtkomt. De chance dat je sterk genoeg bent om het alleen te redden en om te midden van miserie toch nog het potentieel en de zinvolheid van het leven te zien.